Achtergrond
Dit project richt zich in algemene zin op het grensvlak tussen basiszorg en aanvullende zorg. Complexe gedragsproblematiek van kinderen en gezinnen is veelal behandeld door specialisten buiten de directe gezinscontext, bijvoorbeeld in kinderpsychiatrische (poli)klinieken of in residentiële settings in de jeugd & opvoedhulp. Dergelijke behandeling buiten de sociale context blijkt niet erg effectief, doordat de drempels naar zorg hoog zijn en de sociale context onvoldoende een rol heeft in de behandeling.
De vraagstelling van dit project is hoe gedrags- en gezinsproblemen die voorheen buiten de sociale context van gezinnen door specialisten werden behandeld, nu in de wijk met versterking van de eigen kracht van gezinnen en hun sociale netwerk duurzamer behandeld kunnen worden via de inzet van empowerende oudergroepen en het optimaliseren van een integrale samenwerking met informele mentoren.
Dit project houdt zich bezig met de succes- en faalfactoren in de samenwerking tussen gezin, professionals en een zelfgekozen informele mentor door jongeren in de leeftijd van 12-23 bij een dreigende uithuisplaatsing. Het project benut het sociale netwerk van gezinnen door bij een dreigende uithuisplaatsing, de behandeling thuis vorm te geven met een zelfgekozen mentor uit het sociale netwerk. Crisissituaties rondom complexe problematiek zijn situaties waarin voorheen residentiele behandeling als een oplossing werd gezien.
Dit project verkent wat de verantwoordelijkheden en mogelijkheden van het gezin en haar sociale netwerk zijn bij zeer complexe opvoedsituaties. Dit wordt gedaan door middel van een aanpak die als doel heeft de instroom in dure residentiele voorzieningen te doen afnemen. Het betreft een intersectorale aanpak vanuit de aanvullende zorg in samenwerking met de basiszorg. De aanpak stelt de samenwerking met het netwerk centraal en concretiseert dit door de zorg te organiseren op basis van de wensen en inzichten van het gezin en netwerk. Door de intensieve samenwerking met de omgeving en het behoud van regie bij de cliënt en omgeving ten tijde van crisissituaties, wordt beoogd dat problemen worden genormaliseerd en dat er sprake is van demedicalisering.
Hoofdvraag
Wat zijn de succes- en faalfactoren in de samenwerking tussen gezin, professionals en een zelfgekozen informele mentor (JIM) door jongeren in de leeftijd van 12-23 bij een dreigende uithuisplaatsing?
Deelvragen
- Op welke manier kunnen professionals uit de basiszorg en aanvullende zorg optimaal samenwerken, teneinde het gezin en hun omgeving zoveel mogelijk probleemeigenaar te laten zijn?
- De tweede onderzoeksvraag betreft het integratief en optimaal samenwerken tussen informele mentoren en professionals. Wat zijn hierin de faal- en succesfactoren in de samenwerking tussen professionals en informele mentoren?
- Het derde onderdeel betreft, voor de uitvoering van de JIM – aanpak, het onderzoeken van het belang dat professionals zowel qua visie op de verhouding tussen individuele problematiek van de jongere en systeemproblematiek binnen het gezin, als criteria waarop beslissingen worden genomen over crisissituaties en de inzet van technieken, een overeenkomstig behandelbeleid voeren.
JIM-aanpak
In de periode september 2013 tot augustus 2014 zijn er met de JIM aanpak al 78 cliëntsystemen behandeld (31 afgerond, 47 in behandeling). De aanpak wordt nog steeds toegepast.
Betrokken organisaties
Gemeente Utrecht, Youké, Reinaerde, Arkin, Lokalis, Universiteit Utrecht.
Contact
Dit project is inmiddels afgerond. Voor meer informatie mail naar kjus@hu.nl.